Doorgaan naar hoofdcontent

Een vulkaan van gevoel



Toen ik vorige week mijn blog schreef wist ik nog niet waar ik het deze week over wilde hebben. Maar de volgende dag gebeurde er iets bij ons thuis wat me inspiratie gaf. Toen ik het later die dag geheel toevallig over datzelfde onderwerp had met een vriendin, was het mij duidelijk. Ik ga wat schrijven over gevoelens van kinderen en hoe ik daarmee om probeer te gaan.
Kinderen leven in een heel andere wereld dan wij. Ten eerste zijn zij een stuk kleiner en is alles om hun heen in verhouding voor hun veel groter dan voor ons. Ten tweede snappen zij gewoon veel nog niet. Zeker voor hele kleine kinderen, die ook nog niet kunnen klok kijken en moeite hebben met de perceptie van tijd, is er veel onzekerheid. Daarbij hebben wij al geleerd onze emoties wat onder controle te houden, kinderen reageren heel primair en dus met heftige emoties. Het is belangrijk om altijd in je achterhoofd te houden dat voor ons reacties misschien overdreven en onnodig zijn, maar dat er voor hun wel degelijk een vulkaan aan gevoelens achter zit. Wat zij van zichzelf laten zien is een directe vertaling van wat ze voelen. Dus als je peuter heel boos doet, voelt hij ook een hoop boosheid. Het is een kunst om jezelf aan te leren daar iedere keer bij stil te staan en niet over de gevoelens heen te stappen. Ter illustratie geef ik een paar voorbeelden van situaties en hoe ik daarmee om ga.

1: Niet zo bang zijn, het is niet eng
Dit was de zin die mijn man uitsprak waardoor ik dit onderwerp koos voor mijn blog. Onze peuter is wat bang voor de stofzuiger. Maar we hebben drie katten en dan is het wel fijn om iedere ochtend even een stofzuiger door de woonkamer te halen. Toen ze stond te huilen en te gillen dat de stofzuiger weer uit moest gaf mijn man de bovenstaande reactie. Op zich lief bedoeld natuurlijk, hij wil haar gerust stellen. Maar door haar te vertellen hoe ze zich zou moeten voelen stap je heel makkelijk over haar emotie heen. Ik ben bang voor clowns, daar kan ik echt niets aan doen (ja therapie zal vast helpen maar dat vind ik niet zo nodig hiervoor). Als een clown voor me staat schiet mijn hartslagfrequentie naar 120, breekt het zweet me uit en krijg ik de neiging om heel hard te huilen. Als iemand dan tegen mij zou zeggen dat ik niet zo bang moest zijn zou ik dat best vervelend vinden. Als het zo makkelijk zou zijn… Bij kinderen is dat net zo. Dus in plaats van de vertellen dat ze niet bang moet zijn vraag ik of ze bang is, dat dit het geval is kan ik al wel zien, maar op deze manier leert zij het woord aan het gevoel te koppelen. En vervolgens zeg ik dat haar gevoel OK is en leg ik uit waarom we stofzuigen en wat dat ding doet. En meestal maak is er dan nog een spelletje van zoals een papiertje of ballon boven de stofzuiger te houden zodat deze omhoog vliegt. Zo laat je zien dat het enge ding ook leuke eigenschappen heeft.
Ben je bang? Dat geeft niet.

2: Niet huilen, zo erg is het niet
Dat is iets wat ik niet vaak zeg, maar wel vaak denk: ‘Doe even normaal en overdrijf niet zo’ Maar voor kinderen is die reactie normaal en ze weten niet wat overdrijven is. Mijn dochter was afgelopen week heel erg verdrietig toen ik de folders in de papierbak deed. Mijn eerste reactie was weer “het zijn maar folders hoor en we hebben ze al gelezen”. Maar ik weet heel goed dat de komst van die folders voor haar een hoogtepunt in de week is. Dat ze er zo blij van wordt als de folders komen  vind ik niet gek, waarom vind ik het dan wel overdreven dat ze verdrietig is als ik die mooie boekjes weg gooi? Dat is dan eigenlijk een heel logische reactie. Gek eigenlijk dat ‘overdreven’ positieve reacties schattig zijn, maar ‘overdreven’ negatieve reactie ongewenst. Ze zijn allemaal evengoed deel van je kind. En even belangrijk om te ontwikkelen! Dus in plaats van dat ik tegen haar zeg dat ze niet moet huilen benoem ik haar verdriet en zoek ik een compromis. In dit geval mag ze twee folders uitzoeken die ze nog even wil houden en gooi ik de rest weg. Sommige mensen zullen vinden dat ik te veel toe geef aan haar wil, ik zeg dat haar gevoelens en wensen net zo welkom zijn als de mijne. Ik wil opruimen en zij wil folders lezen. Met een tussenweg zijn we beide blij.
Ben je verdrietig? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat je dat niet meer bent.

3: Niet boos zo boos zijn en al helemaal niet slaan!
Onze peuter is, net als ik, nogal fysiek ingesteld als het om uiting van emoties gaat. Het komt daarom dikwijls voor dat ze iemand slaat, duwt of bijt als ze boos is. Omdat ik hier een stukje van mezelf herken weet ik een beetje wat er in haar gebeurt. Ze raakt de controle kwijt en dat beangstigt haar, daarom wordt ze agressief. Het liefst zou ik willen dat dit niet gebeurt, maar dat kan ik bij een twee-jarige echt nog niet verwachten. In plaats van dat ik van haar vraag haar emoties onder controle te hebben beginnen we met leren de uiting van haar emoties onder controle te krijgen. Als ik zie dat ze de neiging heeft om te gaan slaan zeg ik snel dat ze dat op de bank mag doen. Als ze klaar is leg ik uit dat de bank geen pijn heeft als ze die slaat. Als er geen zacht voorwerp in de buurt is mag ze heel hard wapperen met haar handjes. Het mooie daarvan is dat ze het grappig vindt en de boosheid dan snel over is. Bijten mag ze in een kussen of een deken doen.
Wat maakt je zo boos? Moet het er uit? Sla dan maar op de bank

Respect hebben voor de emoties van je kind zegt niet dat je ze altijd hun zin moet geven. Maar altijd jouw zin doordrijven is natuurlijk ook niet eerlijk. Kijk hoe belangrijk iets voor jouw kind is en waar bij jou de echte grenzen liggen en zoek vervolgens naar een punt waar je elkaar kunt ontmoeten. Begeleid je kind door de emoties heen en help het zijn of haar gevoelens te benoemen. Vergeet ook vooral niet dat jouw geduld best een keer op mag zijn, jij mag ook gevoelens hebben. 


Aanstaande dinsdag kun je hier lezen over de verschillende kijken op het inenten van (kleine) kinderen

Reacties

  1. Ik herken het helemaal. Mijn dochtertje is ook heel erg bang van de stofzuiger ik vind het soms erg moeilijk om mee om te gaan. Soms wil ik echt even stofzuigen...

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Borstvoeding – de wondere wereld van een tandemende moeder

Toen ik na mijn blog over vaccineren op facebook verzuchtte dat ik de volgende keer een luchtiger onderwerp zou kiezen, maar nog niet precies wist wat, vroeg een aantal mensen me of ik niet eens wat leuks over tandemvoeden kon schrijven. Tandemvoeden is de populaire term voor het tegelijkertijd borstvoeding geven aan twee kinderen van verschillende leeftijd. U vraagt, wij draaien. Er werd specifiek gevraagd om een positief stuk omdat het niet een heel gebruikelijk iets is en er daarom vaak met scheve ogen naar wordt gekeken. Ik tandem zelf nu ruim 5 maanden en zal jullie meenemen in mijn routine en belevingen als tandemvoedende moeder. Waarom? Toen wij besloten onze kinderen borstvoeding te geven (ja ik doe het voeden, maar de beslissing namen we samen en zonder Pieter was het niet gelukt, meer daarover lees je HIER ) namen we ook direct het besluit dat we hier in principe mee door zouden gaan tot onze dochter daar zelf mee zou stoppen. Langvoeden (d.w.z. langer dan 6 maand

Inenten – waarom wel (of waarom niet)?

Iedere ouder wordt er al snel mee geconfronteerd. Ga je vaccineren? In de meeste gevallen doen mensen dat gewoon zonder erbij na te denken. Ja iedereen doet het dus waarom niet. Maar net als alle opvoedkundige kwesties is het wel verstandig hier even bij stil te staan en zeker te weten dat je achter je eigen keuze staan. Maar het is nog niet makkelijk om echte objectieve informatie te vinden. Ik wilde jullie dat geven, maar bij het inlezen merkte ik al snel dat dit echt ontzettend moeilijk, bijna onmogelijk, is. In 1957 werd in Nederland het rijksvaccinatieprogramma (RVP) ingevoerd. De vaccinaties in dit programma bieden bescherming tegen 12 kinderziektes, namelijk: Baarmoederhalskanker : Hiertegen krijgen meisjes sinds 2010 als zij 13 jaar worden een uitnodiging voor een inenting tegen het humaan papillomavirus (HPV) wat een voor een groot deel de veroorzaker is van baarmoederhalskanker. Bof : een ziekte van de speekselklieren die in 0.4-1% van de gevallen kan lei

Wat aten wij - Couscous pannekoeken

Naar mijn idee kan ik redelijk koken (ik krijg in ieder geval weinig klachten). Maar iets waar ik echt heel erg slecht in ben is hoeveelheden inschatten. Daardoor wil het nog wel eens gebeuren dat er wat over blijft. Zo aten wij laatst couscous, maar ondanks dat dat er bij ons alle drie goed in gaat, bleef er een goede hoeveelheid over. Invriezen vind ik niet zo geslaagd want daar wordt het papperig van. Weggooien vond ik al helemaal geen optie. Toen heb ik wat inspiratie gezocht op internet en daar mijn eigen ding van gemaakt. Het resultaat was een stapeltje overheerlijke pannenkoeken die ervoor zorgde dat mijn dochter 3 dagen later nog vroeg om "koekie koekie". Hieronder het recept, fotowaardig was het niet echt. Ingredienten: 200 gram gare couscous 100 gram bloem 100 gram volkoren roggemeel 2 eieren 200 ml melk Olie om in te bakken Wij hebben couscous van de molen in Wageningen. Die is heerlijk vol van smaak en wordt niet snel papperig, papperige couscous is iets