Doorgaan naar hoofdcontent

Inenten – waarom wel (of waarom niet)?



Iedere ouder wordt er al snel mee geconfronteerd. Ga je vaccineren? In de meeste gevallen doen mensen dat gewoon zonder erbij na te denken. Ja iedereen doet het dus waarom niet. Maar net als alle opvoedkundige kwesties is het wel verstandig hier even bij stil te staan en zeker te weten dat je achter je eigen keuze staan. Maar het is nog niet makkelijk om echte objectieve informatie te vinden. Ik wilde jullie dat geven, maar bij het inlezen merkte ik al snel dat dit echt ontzettend moeilijk, bijna onmogelijk, is.


In 1957 werd in Nederland het rijksvaccinatieprogramma (RVP) ingevoerd. De vaccinaties in dit programma bieden bescherming tegen 12 kinderziektes, namelijk:

  • Baarmoederhalskanker: Hiertegen krijgen meisjes sinds 2010 als zij 13 jaar worden een uitnodiging voor een inenting tegen het humaan papillomavirus (HPV) wat een voor een groot deel de veroorzaker is van baarmoederhalskanker.
  • Bof: een ziekte van de speekselklieren die in 0.4-1% van de gevallen kan leiden tot een hersenontsteking en in minder gevallen tot ontsteking van de alvleesklier, hersenweefselontsteking, chronische ontsteking van de schildklier, reuma, ontsteking van de hartspier en doofheid. Sinds 1987 is deze ziekte omgenomen in het RVP. Voor er tegen bof werd gevaccineerd kwam het 300-1500 keer per jaar voor. Een klein aantal gevallen leidde tot de dood. Sinds 1987 komt de ziekte nauwelijks meer voor.
  • Difterie: Dit is een zeer ernstige bacteriële keelontsteking de verstikking kan veroorzaken en het hart en zenuwstelsel kan aantasten. Sinds 1957 wordt er tegen deze ziekte gevaccineerd. 5-10% van de difterie patiënten komt eraan te overlijden. In de tweede wereld oorlog overleden veel kinderen aan difterie maar sinds de invoering van het vaccin komt het nauwelijks meer voor.
  • Hepatitis B: De acute versie kan symptoomloos verlopen maar kan voor vermoeidheid, koorts, gewrichtsklachten en geelzucht zorgen. Kleine kinderen lopen echter een vergrootte kans dat de ziekte chronisch wordt en dan kan het leiden tot levercirrose of leverkanker.
  • Hib-ziekten: Hib staat voor Haemophilus influenzae type b. Dit komt door een bacterie die bij 5%van de bevolking zonder problemen in de neus-keelholte aanwezig is. De ziekteverschijnselen blijven meestal bij milde verkoudheidsklachten of een keel- oor- of bijholteontsteking. In enkele gevallen is de infectie ernstig en kan het uitlopen op een longontsteking of een ontsteking van het strotklepje. Sinds 1993 wordt er tegen Hib gevaccineerd in het RVP. Voor die tijd kregen zo’n 700 kinderen een ernstige Hib infectie, wat daalde naar 10 na invoering van het vaccin. Inmiddels ligt het jaarlijks rond de 30 patiënten.
  • Kinkhoest: Een bacteriële infectie van de luchtwegen met een hoest die 3 tot 4 maanden kan aanhouden. Mogelijke complicaties zijn middenoorontsteking, neusbloedingen en ernstige vermoeidheid door het vele hoesten. Daarnaast treed in een groot deel van de gevallen een longontsteking op (bij 20%), ook komen koortsstuipen en hersenweefsel ontsteking voor (resp. 3% en 1%). Vooral jonge baby’s die kinkhoest krijgen hebben een kans op overlijden. Ook voor kinkhoest wordt sinds 1957 gevaccineerd in het RVP. Na invoering van het vaccin is het aantal besmettingen flink teruggelopen. Echter sinds sedert 1996 neemt het weer toe, vermoedelijk door mutatie van de bacterie.  
  • Mazelen: Dit wordt veroorzaakt door een zeer besmettelijk virus in de longen. Besmetting veroorzaakt vrijwel altijd flink ziek zijn, koorts, hoest, verkoudheid, rode ogen. Mogelijke complicaties zijn oorontsteking die tot doofheid kan leiden, ernstige longontsteking en hersenontsteking. 1-2 van de 1000 mazelen patiënten overlijd. Sinds 1976 is een inenting voor mazelen opgenomen in het RVP. De mazelen komt sinds die tijd in Nederland vrijwel alleen in epidemieën voor. Wereldwijd is het de grootste veroorzaker van kindersterfte (50-60%)
  • Meningokokken C: De bacterie die meningokokken veroorzaakt komt gebruikelijk voor in de neusholte. Meestal komen daar geen klachten van. Serotype C kan in de bloedbaan terecht komen en zo de hersenvliezen, huid, gewichten en longen infecteren. In 20-30% van de gevallen waarbij dit gebeurt kan dit ernstige gevolgen hebben. En in 10-20% van de infecties met meningokokken type C heeft een dodelijke afloop. In 2001 nam het aantal meldingen van meningokokken en ziekenhuisopnamen naar aanleiding daarvan plotseling toe na jarenlang stabiel te zijn geweest. Sinds 2002 is een vaccinatie tegen het gevaarlijke C type daarom opgenomen in het RVP. Sindsdien is het aantal ziekenhuisopnamen drastisch gedaald (van 900 in 2001 naar 82 in 2012).
  • Pneumokokken: ook deze ziekte wordt veroorzaakt door een bacterie die veel voorkomt zonder ziekte te veroorzaken. Bij een klein deel van de besmetting komen er echter wel ziekteverschijnselen zoals een bijholte- of middenoor- of een longontsteking. In dat laatste geval kan de bacterie ook in de bloedbaan terecht komen en sepsis of een hersenvliesontsteking te weeg brengen. Dat gebeurt in 20% van de longontstekingen door Pneumokokken. In 2006 werd vaccinatie hiertegen opgenomen in het RVP en in 2010 werd het vaccin verbeterd. Sinds de vaccinaties is het aantal gevallen van pneumokokken bij baby’s sterk afgenomen. Het aantal sterfgevallen is ook afgenomen.
  • Polio: Deze ziekte heet in de volksmond ook wel ‘kinderverlamming’.  Het wordt veroorzaakt door drie typen virussen. Deze virussen zijn heel robuust en kunnen het zure milieu van de maag overleven. 90-95% van de poliobesmettingen verloopt zonder ziekte. In een klein deel van de gevallen zijn er milde grieperige symptomen. In 1-2% van de gevallen zijn er ernstige ziekteverschijnselen en bij de helft daarvan is er spraken van enige mate van verlamming. In de jaren ‘50 werd een vaccin ontwikkeld wat sinds 1957 onderdeel is van het RVP. Voor  deze tijd waren er een paar honderd ernstige infectiegevallen per jaar met uitschieters naar 1500-2000 bij epidemieën.
  • Rodehond:  dit wordt veroorzaakt door het rubellavirus. In 50% van de gevallen van infectie met dit virus treedt er geen ziekte op. Bij de overige helft verschijnen er kenmerkende rode vlekjes op de huid. Het veroorzaakt milde griep verschijnselen en opgezette lymfeklieren. Bij vrouwen kan er ook gewrichtspijn optreden. In heel weinig gevallen komt een tekort aan bloedplaatjes of een hersenontsteking voor als gevolg van rodehond. Het grootste probleem met dit virus is het risico wat een ongeboren kind loopt in de eerst drie maanden van de zwangerschap, deze kan een groot aantal aangeboren afwijkingen oplopen als zijn moeder ziek wordt van rubella. Ook kan het leiden tot een miskraam. Meisjes worden sinds 1974 gevaccineerd en jongens sinds 1987 om het voorkomen van het rubellavirus te verminderen. Voor de vaccinaties werden aangeboden piekte het aantal meldingen van rode hond regelmatig tot boven de 5000 per jaar. Tegenwoordig komt het nagenoeg niet meer voor in Nederland.
  • Tetanus:  Dit wordt veroorzaakt door de gifstoffen die worden geproduceerd door een bacterie. Dit gif tast in een hoog tempo het spier- en zenuwstelsel aan. De klachten beginnen vrij onschuldig (rusteloosheid, geprikkeldheid en hoofdpijn) gevolgd door kaakkramp en slikklachten, stijfheid van de nek- en buikspieren, en soms koorts. Uiteindelijk treed kramp in alle spieren op waardoor een patiënt niet meer zelf kan ademen. Met goede behandeling sterft alsnog een groot deel van de patiënten aan complicaties (zo’n 20%). Sinds 1957 is een vaccin tegen tetanus opgenomen in het RVP. Voor 1957 waren er rond de 100 meldingen van tetanus, tegenwoordig vrijwel geen meer.

Voor al deze ziektes geldt dat ze erg besmettelijk zijn en een effectieve behandeling met antibiotica niet of nauwelijks effectief is. Daarom wordt er vanuit het rijk gewerkt om de ziektes vooral te voorkomen.

Redenen om niet te vaccineren
Vooral toen in 2013 een mazelen epidemie uitbrak onder de niet gevaccineerde bevolking kwam het wel of niet vaccineren in opspraak. De epidemie was toen gecentreerd rond de zogenaamde ‘Bible Belt’. Dit is een gebied wat van Zeeland naar Overijssel loopt waar relatief veel streng gereformeerde gezinnen wonen. Veel van deze ouders kiezen er om geloofsredenen voor om niet in te enten. Zij geloven dat het vaccineren van kinderen een uiting is van wantrouwen naar God. Hij heeft immers belooft te voorzien in alles wat we nodig hebben, Hij zal genezen als het Zijn wil is. Echter blijkt dat ouders die opvoeden volgens de antroposofische leer verantwoordelijk zijn voor het grootste deel niet gevaccineerde kinderen. Er is een anti-vaccin stroming die ouders bewust probeert te maken van de nadelen van vaccineren. Op de site vaccinvrij.nl kan ik de volgende argumenten vinden:

  • Effectiviteit van vaccinaties is niet bewezen. Er zijn veel dingen veranderd rond dezelfde tijd als wanneer begonnen is met vaccineren (denk aan verbeterde hygiëne en voeding). Dit vind ik absoluut een goed punt. Er is in dezelfde periode inderdaad ook veel gedaan om besmettingskans te verkleinen en ons eigen immuunsysteem te ondersteunen.
  • Cijfers en grafieken zijn vertekend. Ook hier ben ik het in theorie mee eens dat dat het geval zou kunnen zijn.
  • Vaccinatie biedt geen volledige bescherming
  • Werking van vaccins alleen theoretisch onderbouwd zijn. Als het om ziektes gaat die mensenlevens aantasten is praktijkonderzoek nogal ingewikkeld. De theoretische onderbouwing is niet iets wat op een luie zondagmiddag is bedacht. Soms moet je ook wel wat vertrouwen hebben in de kundigheid van wetenschappers.
  • Een gezond kind in gezonde leefomstandigheden kan prima een ziekte doormaken
  • Er zitten potentieel schadelijke hulpstoffen in vaccins (formaldehyde, phenol, 2 phenoxyethanol) die zouden kunnen leiden tot zogenoemde 'vaccinatieschade'. Zo wordt er een verband gelegd tussen stoffen die met vaccinatie worden ingespoten en de ontwikkeling van ADHD en autisme. Sinds de toename van vaccinatie zijn ook gedragsproblemen toegenomen. Nu kun je hier natuurlijk niet zo goed zeggen dat er sinds die tijd meer is veranderd. Zoals de druk op kinderen om te presteren. Daarbij vond ik een onderzoek door Taylor B.et al. (1999) waar duidelijk de conclusie is dat er geen verband is tussen de BMR-prik en het voorkomen van autisme.
  • Er zouden voordelen zitten aan het doormaken van kinderziektes. Het immuunsysteem wordt er mee opgebouwd en het zou kinderen vormen tot een eigen persoon.

Kuddevaccinatie
Ik heb dierwetenschappen gestudeerd aan de Wageningen universiteit. Bij het van Epidemiologie en Economie leerde ik het begrip ‘kudde immuniteit’. Een interessant fenomeen vind ik. Het is namelijk zo dat als een bepaald percentage van de risicogroep wordt gevaccineerd tegen een infectieziekte, de ziekteverwekker niet kan uitdijen in de populatie waardoor hij (zo goed als) uit de populatie verdwijnt.  Het percentage dat moet worden gevaccineerd hangt af van de grootte van de risicogroep en de mate van besmettelijkheid. Dit is iets wat je ook in je achterhoofd moet houden: Het is nu zo dat veel van deze ziektes nagenoeg niet meer voorkomen in de Nederlandse populatie. Maar als we niet met zijn allen de verantwoordelijkheid nemen om te blijven vaccineren verliezen we de kudde-immuniteit en worden we met zijn allen vatbaarder. Tegenstanders zeggen dat dit waarschijnlijk allemaal mee zal vallen maar die kunnen dat met geen mogelijkheid garanderen.

Geloofwaardigheid van de bronnen:
De gegevens over de ziektes komen van de rijksoverheid en dus van hetzelfde instituut als waar de vaccinaties vandaan komen. Echter heb ik er het vertrouwen in dat het RVP bestaat vanwegen deze gegevens en niet dat de gegevens zo zijn gekneed om een kostbaar vaccinatieprogramma recht te praten (zoals een aantal tegenstanders beweert).
De schrijfster van vaccinvrij.nl is niet geschoold als medicus maar als fysiotherapeut en alternatieve genezer. Een fysiotherapeut weet niet bijzonder veel af van infectieziektes en een alternatieve genezer is eveneens geen arts. Daarbij is haar bronvermelding echt heel slecht. Af en toe staat er wel een naam genoemd en wat fototjes van dingen geplaatst maar waar ze de informatie nou precies vandaan heeft is niet duidelijk. Zo is het lastig om haar beweringen op juistheid te controleren.
De NVPK lijkt een ietwat betrouwbaardere organisatie, maar ook daar zie ik niet zo snel een medisch of micro-biologische opleiding van de informatie-gevers. Er staat hier in de ‘dossiers’ wel wat bronvermelding maar ik twijfel aan de kwaliteit van die bronnen (dat is niet iets wat ik direct goed kan uitzoeken).
Ik ben het er mee eens dat sommige gegevens wat eenzijdig worden gegeven vanuit de rijksoverheid. Maar eerlijk is eerlijk, die hebben artsen en wetenschappelijk onderzoekers geraadpleegd. Daar heb ik persoonlijk meer vertrouwen in dan in het oordeel van iemand die als hobby wetenschappelijke artikelen is gaan lezen en daar, m.i., net zo goed alleen de informatie uit heeft gehaald die haar standpunt ondersteunt. Even voor de duidelijkheid, ik heb dus niet de ziektes wel uitgebreid beschreven en de tegenargumenten niet omdat ik pro-vaccineren ben, maar puur vanwegen de geloofwaardigheid en de bronvermelding. Ik heb een wetenschappelijke studie gedaan en weet hoe wetenschappelijk onderzoek gaat. Daarom hecht ik meer waarde aan informatie wat is verkregen uit wetenschappelijke artikelen. 

Wat ik iedere keer grappig vindt aan mensen die tegen vaccineren zijn zoveel commentaar hebben op de
angstzaaierij vanuit het rijk en de pharmaceutica en dat ze vervolgens een lijst geven met enge stofjes in vaccins en hoe kinderen daar aan dood kunnen gaan. Zo kwam ik het het plaatje hiernaast tegen op de site homeopathie-behandeling.nl. Als je zelf iets doet wat je bij een ander zo stellig afkeurt, haal je dan je eigen geloofwaardigheid niet wat naar beneden? Doe je nog wel echt wat je beweert? Namelijk onafhankelijke en volledige informatie geven.

De keuze voor een ouder wordt dus niet makkelijk gemaakt want beide kampen lijken een politiek spel te spelen om jou te overtuigen van hun gelijk. En een echte tussenweg is er niet. Je hebt nog de optie om gedeeltelijk te vaccineren of een ander programma te volgen, maar dat is niet echt een gulden middenweg. Wat mij betreft is het een goedplan om een werkelijk onafhankelijk onderzoeksteam op te zetten (voor de sceptici onder u; ja dat is heus wel mogelijk) met daarin epidemiologen, microbiologen, kinderartsen en economen (we kunnen er niet omheen dat geld een rol speelt) die gaan onderzoeken wat de relatieve risico’s zijn van het niet vaccineren. Zolang er niet uit wetenschappelijk onderzoek naar voren komt dat ik met het vaccineren van mijn kinderen meer schade aanricht dan het waard is gezien de risico’s op ziekte, blijf ik mijn kinderen vaccineren. Doe wat voor jou goed voelt.

 BRONNEN
Taylor B., Miller E., Farrington CP et al. Autism and measles, mumps and rubella: no epidemiological evidence for a causal association Lancet 1999 (June 12)

Reacties

  1. Ik vaccineer wel. Owv de groepsimmuniteit en mijn grote verantwoordelijkheidszin. En ook omdat ik al een aantal ongevaccineerde kinderen heb gezien, bij wie het heel slecht uitdraaide :( (ik werk op materniteit en wij hebben nauw contact met pediatrie)
    Op zowat alle vlakken ben ikzelf "die alternatieve", maar vaccineren, dat doe ik gewoon wel.
    Niet voor nodeloze dingen als de griep he, maar verder wel alle aanbevolen vaccins.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Borstvoeding – de wondere wereld van een tandemende moeder

Toen ik na mijn blog over vaccineren op facebook verzuchtte dat ik de volgende keer een luchtiger onderwerp zou kiezen, maar nog niet precies wist wat, vroeg een aantal mensen me of ik niet eens wat leuks over tandemvoeden kon schrijven. Tandemvoeden is de populaire term voor het tegelijkertijd borstvoeding geven aan twee kinderen van verschillende leeftijd. U vraagt, wij draaien. Er werd specifiek gevraagd om een positief stuk omdat het niet een heel gebruikelijk iets is en er daarom vaak met scheve ogen naar wordt gekeken. Ik tandem zelf nu ruim 5 maanden en zal jullie meenemen in mijn routine en belevingen als tandemvoedende moeder. Waarom? Toen wij besloten onze kinderen borstvoeding te geven (ja ik doe het voeden, maar de beslissing namen we samen en zonder Pieter was het niet gelukt, meer daarover lees je HIER ) namen we ook direct het besluit dat we hier in principe mee door zouden gaan tot onze dochter daar zelf mee zou stoppen. Langvoeden (d.w.z. langer dan 6 maand

Wat aten wij - Couscous pannekoeken

Naar mijn idee kan ik redelijk koken (ik krijg in ieder geval weinig klachten). Maar iets waar ik echt heel erg slecht in ben is hoeveelheden inschatten. Daardoor wil het nog wel eens gebeuren dat er wat over blijft. Zo aten wij laatst couscous, maar ondanks dat dat er bij ons alle drie goed in gaat, bleef er een goede hoeveelheid over. Invriezen vind ik niet zo geslaagd want daar wordt het papperig van. Weggooien vond ik al helemaal geen optie. Toen heb ik wat inspiratie gezocht op internet en daar mijn eigen ding van gemaakt. Het resultaat was een stapeltje overheerlijke pannenkoeken die ervoor zorgde dat mijn dochter 3 dagen later nog vroeg om "koekie koekie". Hieronder het recept, fotowaardig was het niet echt. Ingredienten: 200 gram gare couscous 100 gram bloem 100 gram volkoren roggemeel 2 eieren 200 ml melk Olie om in te bakken Wij hebben couscous van de molen in Wageningen. Die is heerlijk vol van smaak en wordt niet snel papperig, papperige couscous is iets